Ieder kind verdient een goede ontwikkeling. Een leven waarin het zich goed voelt, en goed kan doen. Een eigen plek kan innemen in de samenleving, en waar het vanuit eigen interesses en talenten bij kan dragen en gewaardeerd wordt.
Op dit moment kunnen niet alle kinderen op deze manier tot bloei komen. Niet iedereen heeft gelijke kansen. De omgeving en omstandigheden waarin een kind opgroeit, of de achtergrond van de ouders hebben veel invloed op de ruimte die het kind krijgt om zich te ontwikkelen.
Het onderwijs heeft de taak om álle kinderen te helpen hun plek te vinden in de wereld. Op school leren kinderen zichzelf, anderen en de wereld kennen. Ze leren hoe de wereld ‘werkt’, en hoe daar een bijdrage aan te leveren.
Denken, voelen én willen zijn van groot belang in de ontwikkeling van kinderen. Daarom is het belangrijk dat ieder kind gezien wordt als ‘heel mens’, met unieke eigenschappen, talenten, verlangens én uitdagingen. En dat het onderwijs zich richt op de ontwikkeling van kinderen in hun volledige breedte.
We noemen dat breedvormend onderwijs, in het Engels ook wel Whole Child Development genoemd. Onderwijs waarin naast cognitieve vaardigheden als rekenen en taal, ook andere onderdelen van het ‘mens-zijn’ aandacht krijgen. Ook de manier waarop kinderen met elkaar en hun emoties omgaan verdienen een plek op school. Wat zij mooi of van waarde vinden in het leven, hoe zij met hun lichaam omgaan, en hun creativiteit. Zo leren kinderen zichzelf en de wereld in de volle breedte kennen, en krijgen ze de kans om zich breed te ontplooien.
Een aanpak die uitgaat van Whole Child Development (WCD) erkent de waarde van alle dimensies van menselijke ontwikkeling, van de jongste kindertijd tot de vroege volwassenheid, en staat voor een onderwijs dat de fysieke, sociale, emotionele, cognitieve, creatieve, spirituele en ethische ontwikkeling van ieder kind adresseert. Door kinderen onderwijs te bieden waarmee ze zich in (en vanuit) alle dimensies van hun mens-zijn kunnen ontwikkelen, willen we ertoe bijdragen dat zij verbonden raken met zichzelf, anderen en de wereld, en dat zij bereid en in staat zijn om vanuit de eigen, unieke mogelijkheden in vrijheid en met gevoel voor verantwoordelijkheid bij te dragen aan het welzijn van ieder en de wereld.
Hieronder zie je uit welke dimensies de rijke ontwikkeling van een kind bestaat:
Een leraar die elk kind wil helpen de eigen plek te vinden, heeft een uitdagende taak. Steeds opnieuw is de vraag wat dít kind nodig heeft, op dit moment, in deze situatie en in deze omgeving. We noemen dat de ‘pedagogische vraag’ van het kind.
Om goed met deze vraag om te kunnen gaan, heeft de leerkracht ruimte nodig én de moed om die ruimte te gebruiken. De lerarenopleiding speelt hierin een belangrijke rol. Ook een leraar moet zich in de volle breedte kunnen ontwikkelen en kunnen ontdekken hoe zij als mens een plek wil innemen in het onderwijs.
Het werken aan breedvormend onderwijs in opleidingen en scholen is complex en gelaagd. Het vraagt een whole school approach om daadwerkelijk tot verandering te komen. Lees hier hoe we dit doen!
Over het Programma WCD