Over het programma Whole Child Development

Het onderwijs in Nederland is goed en het onderwijsstelsel biedt veel ontplooiingskansen. Maar het kan beter. Door een nadruk op cognitie verwaarlozen we de laatste jaren de bijzondere menselijke veelzijdigheid. Ook maakt het in Nederland nog steeds uit in welke wieg je geboren wordt.

In het Programma Whole Child Development, onderzoeken we wat er nodig is om breed vormend onderwijs voor álle kinderen mogelijk te maken. Wat vraagt dit van scholen en van het opleiden van leraren? Het doel van het programma is het integreren van een Whole Child Development pedagogiek in lerarenopleidingen en scholen. Daarnaast werken we aan uitgangspunten, voorwaarden en werkwijzen die helpen bij het ontwikkelen van breed vormend onderwijs, om onze ervaringen ook met andere scholen en opleidingen te delen. In dit project wordt vooral samengewerkt met scholen met een grote populatie kinderen die opgroeien in sociaal economisch moeilijke omstandigheden.

Bijeenkomst met alle partners (16 juni 2022)

Onderzoek en praktijkontwikkeling

In het WCD programma gaan onderzoek en ontwikkeling hand in hand. De manier waarop we onderzoek inzetten, draagt bij aan de ontwikkeling en innovatie van de schoolpraktijken. Dit gebeurt met behulp van actieonderzoek en door verschillende leergemeenschappen te vormen waarin eigen ervaringen en onderzoeksresultaten worden besproken, bouwen we aan een praktijktheorie over breed vormend onderwijs. Door de beelden vanuit praktijk en theorie samen te brengen proberen we een zo genuanceerd mogelijk beeld te krijgen van wat we te doen hebben om kwalitatief hoogwaardig onderwijs te geven dat leerlingen in staat stelt zich in de volle breedte van hun menszijn te ontwikkelen.

Zes overkoepelende onderzoeksvragen geven richting aan het programmaonderzoek:

  1. Wat zijn de uitgangspunten voor onderwijs vanuit een WCD perspectief?
  2. Wat is er nodig in de ontwikkeling en opleiding van leraren en schoolleiders om te werken vanuit een WCD perspectief?
  3. Wat is er specifiek nodig in de ontwikkeling en opleiding van leraren en schoolleiders in de context van scholen met kinderen die te maken hebben met ‘adversity’?
  4. Wat zijn geschikte methoden of modellen om deze ontwikkeling van kinderen, leraren en schoolleider in beeld te brengen?
  5. Welke belemmeringen zijn er voor de ontwikkeling richting een WCD perspectief?
  6. Wat is er nodig in de samenwerking, ontwikkeling en organisatie van de lerarenopleidingen en scholen om duurzaam whole teacher/child education te kunnen bieden?

Leergemeenschappen: samen lerend zijn

Het onderzoek en de integratie van nieuwe inzichten in de zich ontwikkelende praktijk vindt plaats binnen divers samengestelde leergemeenschappen en langs verschillende onderzoekslijnen. De onderstaande afbeelding geeft hiervan een idee.

Overzicht Programma WCD

Zo vormen de schoolleiders van de partnerscholen een leergemeenschap. Zij zijn gestart met een traject gericht op pedagogisch leiderschap. Schoolleiders en leraren samen brengen in kaart wat WCD vraagt van het curriculum en van het handelen van leraren en voor de schoolleiding. In de leergemeenschap vindt uitwisseling plaats op gebied van leiderschap, schoolontwikkeling en onderzoek. Dit zorgt voor steun, inspiratie en een grote denkkracht.

De schoolleiders vormen ook een werkplaats met de lerarenopleiding waarmee zij samenwerken, voor een goede aansluiting tussen schoolontwikkeling en opleiding. Schoolleiders en opleiders zijn hier samen lerend en kunnen stappen zetten in het opleiden van aankomende en professionaliseren van zittende leraren en schoolleiders.

De lerarenopleidingen slaan de handen ineen, als het gaat om het innoveren van hun opleidingen gericht op brede vorming van leraren en het integreren van een WCD-pedagogiek. Praktijkontwikkelaars en onderzoekers zorgen ervoor dat onderzoek en praktijk bij elkaar blijven en elkaar voeden en toetsen.

Deelnemers

Het programma Whole Child Development is ontwikkeld door Stichting NIVOZ samen met vier lerarenopleidingen (HvA, Windesheim, Hogeschool Leiden en Driestar Educatief) en een aantal scholen. Het programma ontwikkelt zich gedurende de looptijd van vier jaar in een coalitie van onderzoekers, opleiders, schoolleiders en leraren, zodat onderzoek, opleiding, leiderschap en lespraktijk zich hand in hand ontwikkelen.

Hier vind je een overzicht van de organisaties en mensen die deelnemen aan het WCD-programma:

Het Programma WCD wordt mogelijk gemaakt door:

Onderzoek en programmamanagement

Nivoz

Programmaleider Willemijn van Woerkum

Kenniscentrum POP/HS Leiden

Onderzoeksleider Aziza Mayo

Porticus

Programmamanager Iwanna Swart

Opleidingen

Hogeschool van Amsterdam

Projectleider Marco Snoek

Hogeschool Leiden

Projectleider Nynke Verdoner

Driestar Educatief

Projectleider Peter van Olst

Windesheim

Projectleider Jael de Jong Weissman

Scholen

De Globe (PO, Amsterdam)

Schoolleiders Erwin Bolt en Marlies Breijs

Zuiderlicht College en Creatief College Amsterdam (VO, Amsterdam)

Schoolleider Olga Onrust, plv. Nienke Bezemer

Spring High (PO-VO, Amsterdam)

Schoolleiders Camyre de Adelhart Toorop en Dirk-Jan van Dijk

Expeditie 0-18 (PO-VO, Zwolle)

Regisseurs Annelies Robben, Martijn Marsman, Sebastiaan van der Laan, Manon Kesseling, Thomas Bouter

De overkoepelende onderzoeksvragen

Vraag 1
Wat zijn de uitgangspunten voor onderwijs vanuit een WCD perspectief?
Vraag 2
Wat is er nodig in de ontwikkeling en opleiding van leraren en schoolleiders om te werken vanuit een WCD perspectief?
Vraag 3
Wat is er specifiek nodig in de ontwikkeling en opleiding van leraren en schoolleiders in de context van scholen met kinderen die te maken hebben met 'adversity'?
Vraag 4
Wat zijn geschikte methoden of modellen om deze ontwikkeling van kinderen, leraren en schoolleiders in beeld te brengen?
Vraag 5
Welke belemmeringen zijn er voor de ontwikkeling richting een WCD perspectief?
Vraag 6
Wat is er nodig in de samenwerking, ontwikkeling en organisatie van de lerarenopleidingen en scholen om duurzaam breedvormend onderwijs (voor kinderen en leraren) te kunnen bieden?

Meer weten over Breedvormend Onderwijs?

Ieder kind verdient een goede ontwikkeling. Een leven waarin het zich goed voelt, en goed kan doen. Daarom is het belangrijk dat ieder kind gezien wordt als ‘heel mens’, met unieke eigenschappen, talenten, verlangens én uitdagingen.

Verder lezen

Goed onderwijs is whole child education - visiestuk

Lees verder